Vakantie en vluchtelingen
Op maandag 5 oktober kwamen wij aan op het mooie eiland Samos voor een korte eindejaarsvakantie.
Via de site van het eiland hadden we gelezen dat het met vluchtelingen wel mee zou vallen, voor wat die informatie waard is.
Op de eerste dag rustig aan de omgeving verkennen en de eerste zonnestralen op een strandbed tot je nemen, onder het genot van een mooi boek.
Wel veel boeien op het water, zeker van vissers of de surfers, dacht ik argeloos.
De tweede dag zoals gebruikelijk bij de plaatselijke Beukers Bike een fiets gehuurd om daarmee het eiland te verkennen. Toen zag ik al vrij snel op andere stranden dat het geen boeien waren, maar auto-binnenbanden en zwemvesten die er dreven en aanspoelden. Honderden, duizenden welke door bewoners verzameld werden om later afgevoerd te worden.
Al snel kwam ik de eerste groepen tegen die langs de weg richting Samos stad liepen. Veel kinderen erbij. Je denkt: hoe moet dat in die warmte en dan nog twintig kilometer te lopen. Hier heeft de Griekse overheid een oplossing voor gevonden door de inzet van een soort ME-wagens, die de mensen oppikken en naar de haven brengen. Morgen maar eens in de haven kijken hoe het daar gaat, was mijn eerste gedachte.
Zo gezegd, zo gedaan, de volgende morgen naar Samos stad waar de grote ferry-boot duidelijk zichtbaar boven de gebouwen uitstak. Wat een schok als je het haven terrein op rijdt! Een paar portocabines en honderden mensen in afwachting van verscheping naar het vaste land. In één oogopslag zie je dat de voorzieningen bij lange na niet toereikend zijn om deze aantallen mensen te verwerken. Dit werd kort daarna ook bevestigd door een mevrouw die schoenen stond uit te delen. De overheid en de gevestigde hulporganisaties laten het hier lelijk afweten.
In de dagen erna heb ik deze bewuste dame nog regelmatig gesproken, door haar rode haar viel ze enorm op tussen al die donkere koppies. Ze vertelde dat ze oorspronkelijk uit Denemarken kwam en met een Griek van het eiland getrouwd was. Samen met andere vrouwen van het eiland zamelden ze kleding, speelgoed et cetera in, om deze aan de vluchtelingen te verstrekken. Tevens zorgden ze elke morgen voor een ontbijt voor diegenen die daar behoefte aan hadden.
Bij mijn laatste bezoek aan de haven, voor ons vertrek, schrok ik enorm. Het weer was omgeslagen en de nachttemperatuur was aanzienlijk gedaald. Er waren veel meer mensen dan normaal, in de hoop dat ze een plaatsje in een cabine konden bemachtigen. Ruim 1500 mensen bevolkten de haven. Volgens mijn Deense vriendin was het tijdens de nacht een chaos geweest. Ze had met haar man nog extra tenten en zeilen gebracht. Gelukkig was er die dag een Nederlandse dokter gekomen. Wat volgens haar voor hun organisatie een enorme verlichting was.
Tijdens de retourvlucht naar Schiphol zaten er een tiental dames in het vliegtuig, die op Lesbos hulp hadden geboden aan de moeders en kinderen onder de vluchtelingen. Prachtig initiatief en een groot compliment waard!
Met gemengde gevoelens hebben wij het eiland Samos, na een op zich prettige vakantie, verlaten. In de wetenschap dat we ook in de gemeente Schagen aan de bak kunnen met de opvang van deze vluchtelingen. Voor mij met de beelden van het haventerrein op mijn netvlies. Met de wetenschap dat ik er alles aan zal doen deze mensen een veilig thuis te bieden in onze mooie gemeente Schagen.
Met vriendelijke groet,
Rolf Klant
Raadslid PvdA Schagen